Falende schoolbestuurders aanpakken

Falende schoolbestuurders aanpakken

Mohammed Mohandis

Integriteit in de publieke sector, een onderwerp dat voorlopig actueel blijft. Of het nou om de zorg, woningcorporaties, gemeenten of onderwijs gaat. Het is niet onterecht dat de overheid steeds meer eisen stelt aan de manier waarop besturen en directies, op het terrein van governacne en de salariëring, omgaan met belastinggeld. Maximale transparantie en verantwoording binnen deze sectoren voor de belastingbetaler.

Laten we nu eens kijken naar onderwijsbestuurders. Over het algemeen gaat het goed, er zijn voorbeelden van hoe het vooral niet moet, neem Amarantis. De bestuurders van deze onderwijsgigant waren zo bedrijfsmatig bezig, verbleven in een luxe hoofdkantoor en waren zo ver verwijderd van de scholen zelf. Verwijderd van de realiteit waar de leraar dagelijks het beste uit leerlingen probeert te halen. Verwijderd van schoolgebouwen die niet de luxe kennen als waar de bestuurders verblijven. Het onderwijs is geen bedrijf met winstoogmerk, het gaat om het vormen van talent. Ervoor zorgen dat elk talent tot zijn recht komt. De leerling centraal en niet de bestuurders.

Het is helaas nog steeds mogelijk dat schoolbestuurders die verantwoordelijk zijn voor één of meer zeer zwakke scholen, opnieuw een school kunnen oprichten. De leerling en het personeel zijn daarvan de dupe. Ik vind dat een kwalijke zaak, daarom werk ik aan mijn eerste eigen wet. Deze wet moet dit soort bestuurders de pas af snijden. Het komt voor dat een schoolbestuur of bestuurder gewoon een nieuwe school opricht, ook als hun zeer zwakke school onder toezicht staat van de onderwijsinspectie of zelfs gesloten is vanwege gebrekkige onderwijskwaliteit. Er zijn verschillende voorbeelden waarbij er nu geen wettelijke mogelijkheden zijn om die bestuurder uit te sluiten van het recht een nieuwe school op te richten. Ook de onderwijsraad erkent dit probleem, alleen blijft de oplossing vooralsnog uit.

De Onderwijsraad heeft bij een dergelijke situatie in Amsterdam een advies uitgebracht aan de gemeente. Daarin heeft de Onderwijsraad aangegeven dat er belemmeringen moeten komen voor deze falende bestuurders om hun oude school te herstarten of naast bestaande zwakke scholen een nieuwe school te starten.

De vrijheid van onderwijs vastgelegd in het bekende art. 23 van de grondwet is een groot goed. Alleen vind ik niet dat dit artikel ondergeschikt mag raken aan de kwaliteit van het onderwijs. Als het gaat om de vrijheid om een school op te richten wordt de vrijheid vaak gebruikt als argument. Als het dan mis gaat kunnen we verontwaardigde reacties verwachten en bedenken we nieuwe maatregelen om de pijn te genezen. Het is dan al te laat, we moeten voorkomen in plaats van genezen. Laten we het toe dat de oud bestuurders een nieuw avontuur kunnen beginnen als het onderwijs vaak ondermaats was en leerlingen niet het onderwijs hebben gehad waar ze recht op hebben? Durven we falende bestuurders uit te sluiten om in de toekomst een nieuwe school te besturen? Wat mij betreft: High trust, high penalty.


Reacties

WhatsApp us!