Discrimineren mag!

Discrimineren mag!

Eddy Staas

We schrijven midden jarig tachtig. Vier en een half miljoen Nederlandse televisiekijkers horen Jos Brink zijn sidekick Sandra Reemer ‘kroepoekje’ noemen. Iemand gekwetst? Ergens protesten? Mensen op het Malieveld of de Dam? Kamervragen? Welnee! 

Hoe anders is dat dertig jaar later. De negerzoen is al getransformeerd tot chocoladezoen, met zigeunersaus op tafel wil je niet gezien worden en Zwarte Piet moet blond zijn maar dan wel zonder oorringen. Het denken over dit soort zaken verandert blijkbaar en dat is in mijn vak ook merkbaar. Wat eerst nog eerlijk was, is nu ineens oneerlijk. Ik blijf dat interessant vinden, mensen die denken dat Belastingheffing eerlijk zou moeten zijn. In mijn optiek is dat al lang niet meer zo en is het zelfs zeer de vraag of dat ooit zo is geweest. Eerlijkheid in de fiscaliteit heeft vele verschijningsvormen. Het is zoals een cliënt het laatst verwoordde: het door de fiscus gebruiken van een bekeuring om je kilometeradministratie te controleren. Dat is eerlijk want je weet tenminste dat je een bekeuring hebt gehad en je kan daar, volgens mijn cliënt uiteraard, je kilometeradministratie achteraf op aanpassen. Maar nu, nu gebruikt de fiscus allerlei gegevens die je zelf niet hebt. Hoe moet je dan je kilometeradministratie daar nog op aanpassen? Dat is toch niet eerlijk verzuchtte mijn cliënt, met een ondeugende glimlach.

In meer formele zin komt eerlijkheid naar voren bij belastingplichtigen die zich beroepen op het zogenaamde gelijkheidsbeginsel. Vrij vertaald: waarom bij hem wel en bij mij niet. Vaak slaagt zo’n beroep op het gelijkheidsbeginsel niet omdat bij hem de inspecteur de aangifte niet eens heeft bekeken en bij de ander toevallig wel. Kwestie van mazzel versus pech. Speculeren op de pakkans is echt iets anders dan het gelijkheidsbeginsel. 

In de fiscale rechtsspraak stelt een belastingplichtige ook met regelmaat dat er sprake zou zijn van discriminatie. En dat mag niet, denkt u maar aan de Negerzoenen, Blanke Vla, Chinese Kool of Engelse Drop.

Zo was er onlangs een belastingplichtige die constateerde dat bij het krijgen van een erfenis een fors bedrag aan erfbelasting verschuldigd was. Nu is het betalen van erfbelasting nooit leuk maar al helemaal niet als je ontdekt dat mensen die ondernemingsvermogen erven hierover geen belasting hoeven te betalen. Tot een waarde van bijna 1.1 miljoen is er een vrijstelling van 100%. Oneerlijk vond de belastingplichtige wiens adviseur dat vertaalde in discriminatie en zelfs stelde dat het ongestoorde genot van eigendom hier werd aangetast. Proza in fiscalibus en het begin van een voor de praktijk belangrijke procedure die onlangs haar ontknoping kreeg bij de Hoge Raad. Daar stelde onze belastingplichtige dat de wetgever mensen met ondernemingsvermogen en mensen met ander vermogen niet zo ongelijk mag behandelen. Een stelling die bij winst feitelijk de totale heffing van erfbelasting op losse schroeven zou zetten. De inspecteur verweerde zich kranig door te stellen dat het heffen van belasting bij het vererven van ondernemingsvermogen de continuïteit van een onderneming in gevaar zou kunnen brengen. Discrimineren moet dan mogen! Maar een vrijstelling van 100% is dat niet een beetje overdreven? Daarbij moet u zich bedenken dat de vrijstelling nog niet zo heel lang geleden 30% was en met stapjes steeds is verhoogd tot 100%. Is voor zo’n ruime vrijstelling een rechtvaardiging? 

Ja zei de Hoge Raad. Discrimineren mag en ruimhartig discrimineren mag zelfs ook. Het gelijk was aan de wetgever. De mensen die ondernemingsvermogen erven of geschonken krijgen, mogen nog (even) profiteren.

Partner bij BDO Belastingadviseurs


Reacties

WhatsApp us!