Dico Verwaal en Dennis Nieuwenhuys zagen beide zijden van de medaille

Dico Verwaal en Dennis Nieuwenhuys zagen beide zijden van de medaille

Het leven is vallen en opstaan. INTO business interviewde twee mensen die wat dat betreft het klappen van de zweep kennen. Dico Verwaal en Dennis Nieuwenhuys, ondernemers die beide zijden van de medaille hebben gezien, toonden zich kwetsbaar en openhartig.

Dico Verwaal: “Ik ben ooit begonnen als vliegtuigmonteur, maar uiteindelijk heb ik 30 jaar lang horecabedrijven gehad. Die runde ik samen met mijn vrouw en we hadden het goed. Het ging fout toen ik in het onroerend goed ging. Achteraf had ik dat niet moeten doen omdat ik gewoonweg te weinig verstand van onroerend goed had. Maar ja, ik was een tikkie eigenwijs.” “In 2006 kocht ik een winkel van 100 m2 met daarboven 4 appartementen. Die knapte ik op en verkocht ik. Ik had een mooie winst. Toen dacht ik: ‘Dit kan ik.’ Ik kocht een volgend project: een winkeloppervlakte van 400 M2 met daaronder een parkeergarage met 24 plekken en daarboven 12 appartementen. Ik had het koud aangekocht of de buren begonnen bezwaar te maken. Toen kwam ik erachter dat mensen tot in de eeuwigheid bezwaar kunnen maken. Ik ging strijden met een buurman. Uiteindelijk heb ik hem een stukje grond gegeven en was ik van hem af. Maar toen begon de andere buurman en die wilde ook wel een stukje grond. Ondertussen was de recessie begonnen. Ik had al 4 appartementen verkocht en een winkel verhuurd. Echter, die kon ik niet opleveren omdat er allerlei procedures liepen. Kortom, met dit project ging ik zwaar het schip in. Ik ging niet failliet, maar op papier was ik dat eigenlijk wel. Ik moest al mijn horecazaken verkopen, waaronder het Kasteel Montfoort, een geweldig mooi bedrijf. En ik kreeg te maken met speciaal beheer van de bank. Nou, die pakken je keihard aan en nemen zonder te blikken of te blozen je laatste greintje zelfrespect af.”

“Ik raakte vervolgens overspannen. Ik was helemaal uitgeleefd. Ik woog nog maar 78 kilo. Dat was zo heftig dat ik niet meer op deze wereld wilde zijn. Ik heb ook echt naar een manier gezocht om dat te realiseren, maar de gedachte aan mijn kinderen hield me tegen. Uiteindelijk heb ik een jaar lang thuis gezeten. Ik was diep ongelukkig. Ik wilde ook geen ondernemer meer zijn. Ik besloot dat ik voor een baas wilde werken. Dat had ik ooit gedaan van mijn 19de tot mijn 21ste, maar daarna nooit meer. Ik liep tegen een bijzondere vacature aan. Het Utrechtse Studentenkoor zocht een bedrijfsleider. Ik solliciteerde en werd aangenomen. Volgens mijn vrouw ben ik daar beter geworden. Ik heb er anderhalf jaar met heel veel plezier gewerkt. Ik kon goed met die jonge gasten opschieten en heb me verbaasd over wat zo’n studentenvereniging omzet; daar kan menig cafeĢ niet tegenop. Ik organiseerde er feesten en zag dingen waarvan ik niet wist dat ze bestaan. Nou, ze bestaan echt. Wat voor dingen? Mag ik niet zeggen, ik heb namelijk een eed gezworen.”

Lees verder

 


Reacties

WhatsApp us!